Column: (On)gelukkig
Als consument en tevens product van commerciële mediaplatforms lijkt het steeds lastiger te worden om open en objectief te blijven en om in verbinding te blijven met je medemens. Ik betrap me regelmatig op een wat sombere afdronk na een geworstel door de kanalen: belangrijke evenementen, posts en meningen die de AI-routine voor me selecteert. Feiten die betaalde afhankelijke factcheckers voor me geakkoordeerd hebben en onvolledige persberichten. Niet-gecheckte berichten met persoonlijke visies. Het vliegt je om de oren en beïnvloed je brein. De kanalen hebben een zekere aantrekkingskracht – als fastfood voor je systeem, hormoonspikes voor je lijf. Geluk en ongeluk liggen dicht bij elkaar. Digitaal fastfood, voedingsarm, snel consumeerbaar en geëngineerd om steeds meer van te willen.
Het doet denken aan kunstmatige zoetmakers die je alvleesklier naar meer suiker doen smachten. Of aan het boek Fast Food Nation (2001) van Eric Schlosser gemixed met de bevindingen van filmmaker Morgan Spurlock die in Super Size Me (2004) als proefkonijn 30 dagen fastfood eet. Is de foodsector in 20 jaar veranderd is op gebied van productiesnelheid, kwaliteit en voedingswaarde? De wettelijke kaders in Europa zijn wat anders dan op andere delen van de wereld – bekend zijn berichten over fastfood met potassium bromide, propylene glycol, calcium sulfaat, fosfaten en phthalaten. Steeds meer organisaties publiceren hun ingrediënten en vermelden welke ingrediënten niet meer in hun producten zitten. Kleine veranderingen en transparantie dus. De informatieflow komt de laatste jaren goed op gang. Wie gaat naar een fastfoodketen voor een flesje water en een salade? Maar iets minder aardolie-gebaseerde chemicaliën in het eten is wel fijn.
Hoe kun je dan een beetje balans vinden? Met fastfood is het antwoord wellicht aanbod van organische producten, aandacht voor voeding en het trendy maken van duurzaam eten. Een inspanning van zowel producent als marketeer. En volgens mij lukt dat redelijk – ook al zit ik vast in diverse mediabubbels…. Met media en informatiestromen is het nog even lastig. Qua technologie-inzet lopen organisaties die van ‘data- en informatiestromen’ zijn voor. AI, algoritmes, slimme marketing, efficiënt omgaan met data, hergebruik, toegepaste psychologie: de toepassing ervan is super slim. Een beetje zoals fastfood in 2001. Maar verder loopt deze sector wat achter. Duurzame informatie, procesbeschrijvingen en procesoptimalisaties, data-eigenaarschap, gegevens correct weergegeven, transparantie over de herkomst: de ‘informatie’-sector (privaat èn publiek) heeft nog een flink been bij te trekken. Ik heb gelukkig één dagelijks lichtpuntje: het Doomslayer project van Human Progress. Voor positief nieuws en een beetje vakinhoudelijk geluk.
Wouter Bronsgeest, voorzitter KNVI
Deze column verscheen in het digitale magazine #1-1025 van InformatieProfessional