Column: What if
Randal Munroe schrijft grappige boeken en heeft een website over allerlei ‘What If’ scenario’s. Een van de vragen in zijn boek gaat over hoe de aarde er uit ziet over – stel – 1 miljoen jaar. In alle eerlijkheid is het dan nog maar de vraag of er mensenleven is op aarde. Dat zet alles toch wel even in perspectief.
We hebben mogelijk een sedimentlaagje van plastics achtergelaten, en verder is er van ons mensen niets meer waar te nemen. Wellicht is er op de maan nog een overblijfsel te vinden, of is er ergens nog een krater met een fossiel?
We zijn een rimpeling in de galactische cyclus van de sterren, sterrenstofjes. De elementen van onze carbon-gebaseerde lijven zijn ooit begonnen in een willekeurige ster. Ik word daar wel eens stil van. Met al onze apparaten en informatiestromen, welke impact hebben we? We zijn eigenlijk nog maar zo’n 4200 jaar onze geschiedenis aan het schrijven en herschrijven. En wij maar denken dat we bergen kunnen verzetten (of afgraven) en enige controle hebben. Iets kunnen archiveren. Het weer beïnvloeden. Computers sneller maken. AI instrueren.
Iemand wel eens aan de rand van een uitgedoofde vulkaan gestaan? Tsja, dan weet je dat we niet veel beginnen tegen natuurgeweld. We hebben wel enige invloed. Zo is IJsland helemaal kaalgekapt door de Deense Vikingen. En 6000 jaar geleden had de mens enige impact op het klimaat toen men met akkerbouw begon. En ook nu is er een glitch te bekennen door een complex van factoren die we – heel eerlijk – niet goed begrijpen.
Maar wat is 6000 jaar als je je verdiept in hoe lang een galactisch jaar duurt (een rondje van onze zon om het centrum van de Melkweg): ruwweg 230 miljoen aardse jaren, met een snelheid van 230 kilometer per seconde. Visualiseer dat en je krijgt een spiraal van een rondcirkelende zonnesysteem, waar wij dan weer om een zon cirkelen en waarbij de aarde om haar as cirkelt. Daarin is ook een wetmatigheid te ontdekken, zoals de Milankovitch cycles beschrijven. In cycli van 21.000, 40.000, 100.000, en 400.000 jaar, hoewel de bewijsvoering nog lastig is.
Chaos en wetmatigheid: beiden gaan zij aan zij. De Duitse Sophus Helle doet onderzoek naar de gedichten van de Soemerische priesteres Enheduana die 4200 jaar gelden leefde, de eerste auteur waarvan we de naam kunnen vaststellen. Zij schrijft: ‘The nature of the universe is neither single nor predictable, since the universe is ruled by a goddess who is herself deeply divided and constantly changeable’. De Soemeriers wisten het al: verandering is een wetmatigheid.
Wouter Bronsgeest, duo-voorzitter KNVI
Deze column verscheen ook in AG Connect #8 (pdf) en in Informatieprofessional #9